In het algemeen zijn er vier niveaus te onderkennen waarop iemand kan leren. Deze niveaus zijn verschillend in wijze van leren, toepassingsgebied en vooral ook in beoogde resultaten.
Nulde orde leren
Hierbij leert iemand door steeds weer hetzelfde op dezelfde manier te doen. Dit niveau van leren is toepasbaar wanneer de omstandigheden, kaders, middelen en gewenste resultaten telkens hetzelfde zijn. Hij of zij onderhoudt op dit leerniveau datgene wat al bekend, ervaren of beleefd is.
Eerste orde leren
Eerste orde leren noemt met ook wel single-loop-learning. Dit leerniveau staat gelijk aan problemen oplossen. Het accent ligt op het ontdekken en corrigeren van fouten in vertrouwde situaties. Iemand leert op dit niveau door te doen. Dit niveau is goed bruikbaar voor routinematige opgaven. Mits deze opgaven in een bekende omgeving en binnen bekende kaders uitgevoerd dienen te worden. Het streven op dit niveau is het om telkens dezelfde opgave beter te doen.
Tweede orde leren
Tweede orde leren, of double-loop-learning is gericht op het vernieuwen van de aangetroffen situatie. Iemand die op dit niveau leert, stelt bij elke opgave vraagtekens. Daarbij reflecteert zij of hij op de manier waarop zij of hij leert. En stelt de achterliggende inzichten en kaders ter discussie. Dit niveau is te gebruiken om bewust te leren. Het streven op dit niveau is om elke opgave anders te doen en om te leren leren.
Derde orde leren
Derde orde leren heet ook wel deutero leren. Dit leren is gericht op het leren van de eerste drie niveaus van leren. Hierbij gaat het om het effectiever en efficiënter erkennen en corrigeren van fouten. Ook om met meer succes reflectieprocessen toe te passen op de gebruikte concepten en benaderingen.
Bron: Argyris, C., Double loop learning in organizations, Harvard Business Review, September-October 1977