- kennisbank
- Leiderschap
- Kun je leidinggeven leren?
-
Samenwerkingskunde
-
Projectmanagement
- Wat is projectmanagement?
- Wat zijn de fasen van projectmanagement?
- Hoe beheers je een project?
- Hoe neem je beslissingen in een project?
- Hoe beoordeel je een project?
- Hoe verdeel je de taken in een project?
- Hoe richt je een eenmalige samenwerking in voor een project?
- Hoe ga je om met de omgeving van een project?
- Welke projectmanagement methodes zijn er?
-
Leren en ontwikkelen
-
Organisatiekunde
-
Contracteren en aanbesteden
- Hoe ontwikkel ik een goede inkoopstrategie?
- Waar bestaat een goede inkoopstrategie uit?
- Hoe bepaal je de inkoopstrategie met behulp van risico's?
- Hoe bepaal je de contracteringsstrategie?
- Hoe maak ik een inkoopplan?
- Welke contractvormen bestaan er?
- Wat zijn de gevolgen voor de keuze van een contractvorm?
- Hoe alloceer ik risico's?
- Hoe kies ik voor de juiste aanbestedingsprocedure?
- Welke factoren zijn van belang als je een contract of aanbesteding vaststelt?
-
Programmamanagement
-
Veranderkunde
-
Risicomanagement
-
Leiderschap
-
Managen
Leidinggeven is (voor de meeste mensen) te leren
Leidinggeven is het op basis van persoonlijk contact beïnvloeden van prestaties van anderen. De eeuwenoude vraag is of leidinggeven valt te leren of dat het een aangeboren eigenschap is.
Anders gezegd, moet je een bepaalde persoonlijkheid hebben om leiding te kunnen geven? Met persoonlijkheid wordt dan gedoeld op de som van iemands hoedanigheden eigenschappen en karaktertrekken. Wanneer degene die leidinggeeft vergeleken wordt met een niet leidinggevende medewerker, dan blijkt uit sociaalpsychologisch onderzoek de leidinggevende meer sociaal ingesteld, vertoont hij meer initiatief, duwt hij meer door, bezit hij meer zelfvertrouwen en heeft hij een groter aanpassingsvermogen en een grotere verbale vaardigheid.
In de praktijk blijkt dat veel potentiële leidinggevenden worden geselecteerd en beoordeeld op combinaties van criteria als:
- Inhoudelijk inzicht (inzicht in het werkterrein waarin de organisatie opereert).
- Conceptueel vermogen (het vermogen gebeurtenissen te ordenen).
- Werkelijkheidszin (meningen van feiten kunnen onderscheiden).
- Helikopterkwaliteit (het vermogen om in de dagelijkse stroom van handelingen verbanden te leggen).
- Beoordelingsvermogen (het kunnen en willen bewaken van de voortgang van werkzaamheden en gemaakte afspraken).
- Communicatief vermogen (kunnen luisteren en eigen gedachten onder woorden kunnen brengen).
- Beïnvloedingsvermogen (inspireren van medewerkers en het kunnen en willen beïnvloeden van medewerkers).