- kennisbank
- Organisatiekunde
- Welke managementstijlen zijn er?
-
Samenwerkingskunde
-
Projectmanagement
- Wat is projectmanagement?
- Wat zijn de fasen van projectmanagement?
- Hoe beheers je een project?
- Hoe neem je beslissingen in een project?
- Hoe beoordeel je een project?
- Hoe verdeel je de taken in een project?
- Hoe richt je een eenmalige samenwerking in voor een project?
- Hoe ga je om met de omgeving van een project?
- Welke projectmanagement methodes zijn er?
-
Leren en ontwikkelen
-
Organisatiekunde
-
Contracteren en aanbesteden
- Hoe ontwikkel ik een goede inkoopstrategie?
- Waar bestaat een goede inkoopstrategie uit?
- Hoe bepaal je de inkoopstrategie met behulp van risico's?
- Hoe bepaal je de contracteringsstrategie?
- Hoe maak ik een inkoopplan?
- Welke contractvormen bestaan er?
- Wat zijn de gevolgen voor de keuze van een contractvorm?
- Hoe alloceer ik risico's?
- Hoe kies ik voor de juiste aanbestedingsprocedure?
- Welke factoren zijn van belang als je een contract of aanbesteding vaststelt?
-
Programmamanagement
- Wanneer zetten we programmamanagement in?
- Hoe programmeer je een programma?
- Hoe bestuur je een programma?
- Hoe beslis je in of over een programma?
- Hoe organiseer je een programma?
- Hoe werk je samen in een programma?
- Hoe geef je leiding aan een programma?
- Hoe ontwikkel je jezelf in programmamanagement?
-
Veranderkunde
-
Risicomanagement
-
Leiderschap
-
Managen
Fayol - 14 principes van een organisatie
Fayol (1841 - 1925, Franse mijndirecteur) is een van de sleutelfiguren van de klassieke managementtheorieën. Fayol benoemde de volgende veertien principes van een organisatie.
-
Verdeling van werk: medewerkers en eenheden specialiseren zich in hun functie
-
Autoriteit: bevoegdheid is afgestemd op verantwoordelijkheid
-
Discipline: gehoorzaamheid en respect laten de organisatie soepel werken
-
Eenheid van bevel: iedere medewerker rapporteert aan slechts één leidinggevende
-
Eenheid van richting: alle inspanningen zijn gericht op hetzelfde
-
Ondergeschiktheid van het individueel aan het gezamenlijk belang: belangenconflicten worden vermeden
-
Evenredige beloning: iedereen krijgt loon naar werken
-
Centralisatie: wat op meerdere medewerkers en eenheden betrekking heeft moet gecentraliseerd worden gehouden
-
Hiërarchie: de formele bevelsstructuur garandeert helderheid
-
Orde: mensen en materiaal zijn op het juiste moment op de juiste plaats
-
Gelijkheid: loyaliteit en toewijding komen voort uit vriendelijkheid en rechtvaardigheid
-
Stabiliteit: mensen krijgen de gelegenheid hun werk in de praktijk te leren
-
Initiatief: mits tevoren geformuleerd bieden experimenten kansen op verbetering
-
Esprit de corps: harmonieus samenwerken is een belangrijke succesfactor.